Surinaamse pasteitjes
(kleine pasteitjes 30-40 stuks)



Ingrediënten:

Deeg:
150 gr roomboter
1 ei
2 dl koud water
1 dl melk
1 tl zout
� tl witte peper
5 el geraspte oude kaas
450 gr tarwebloem
en 30-40 kleine aluminiumbakjes

Vulling:
1 liter water
2 laurierblaadjes
4 pimentkorrels
7 bouillonblokjes
6 takjes selderie (fijngehakt)
1 grote kip van 1500 gr
1 liter blik doperwten met worteltjes (uitgelekt)
2 blikken mexico melange (a 400gr) (uitgelekt)
2 augurken (in stukjes)
1 ui (fijngesneden)
1 tomaat (in stukjes)
100 gr roomboter
2 tl kappertjes
zout
1 � tl peper
1 � tl paprikapoeder
1 tl nootmuskaat
3 el worcestersaus
1 tl maggi-aroma
1 klein blikje tomatenpuree
1 geklutst ei
Bereidingswijze:

Maak van alle ingredi�nten van het deeg een mooie soepele bal.
Zet een pan op met water, laurier, pimentkorrels, bouillonblokjes,
2 takjes selderie en de kip. Kook de kip gaar, haal uit
de bouillon, laat afkoelen en snijd in stukjes. Fruit de ui samen
met de tomaat in de boter. Voeg de kip toe. Voeg daarna de rest
(behalve het ei)voor de saus toe. Roer alles goed om en laat afkoelen.
Verdeel het deel in 70-80 balletjes. Bekleed de bakjes en doe er de
vulling in en maak van een balletje overgebleven deeg een dekseltje.
Druk de randjes goed aan, bestrijk met ei en bak de pasteitjes in 20
minuten gaar in een voorverwarmde oven op 200-225 graden.























Home